De hoofdbetrachting van de palliatieve zorg bestaat erin dat de terminale patiënt op een menswaardige manier kan sterven, daar waar deze dit wenst. Voor de meeste mensen is dat thuis in de eigen vertrouwde omgeving, temidden van de eigen mensen en gewoontes. Ook voor het gezin/de familieleden kan het immers een hele troost zijn om gewoon bij elkaar te blijven.
De zorgverlening gebeurt dan op basis van een zeer nauwe samenwerking tussen diverse hulpverleners zoals artsen, verpleegkundigen, kinesitherapeuten, maatschappelijk assistenten, diëtisten, geestelijke begeleiders, vrijwilligers. Maar ook de diensten voor gezinszorg. Ieder van deze hulpverleners heeft zijn of haar specifieke taak in het totale proces.
Doelstelling
Het leren herkennen van een terminale situatie.
Inzicht bijbrengen in wat dit gebeuren met zich meebrengt voor de persoon zelf en voor zijn omgeving.
Inhoud
- Filosofie rond palliatieve zorg.
- Taboe rond de dood.
- Hoe staat men als zorgverlener tegenover het omgaan met mensen in hun laatste levensperiode?
- Wat zeg ik tegen hen? Wat mag ik zeggen? Wat gaat er gebeuren met hen?
- Wat kan ik doen?
Tip: kan uitgebreid worden met 1 sessie “Rouwverwerking” wanneer dit probleem zich in de groep stelt.